Heilige Graal

Ik ben al jaren een groot fan van de schrijver Tim Krabbé. Dat begon al heel lang geleden toen hij de twee schaakboeken over schaak curiosa uitbracht. Later kwamen daar de verhalen bij over wielrennen, wat ik op toeristische niveau ook heb gedaan. Weer verder natuurlijk de bekende boeken zoals het huiveringwekkende Spoorloos. Zijn laatste boek was wat te dik voor mij maar ik heb bijvoorbeeld wel het boek “We zijn maar we zijn niet geschift” dat na heel veel uitzoeken een beeld geeft van de shooting in Columbine, in vierhonderd bladzijden. Overigens heb ik deze titel overgenomen in mijn boek Hardverwarrend met de herhaaldelijk gebruikte slogan:  
ik ben niet gek, ik heb dement.

Tim Krabbé is gefascineerd door toevalligheden en dat heb ik zelf ook wel een beetje. Beter gezegd door een aparte manier van toevalligheden. Ik heb daar zelf ook een voorbeeld van. Ik ging – heel lang geleden alweer- naar een lezing van Tim, ik meen ergens in Friesland. Na afloop van de fijne presentatie was er gelegenheid om een boek te kopen en te laten signeren. Ik had speciaal hiervoor een ouder schaakboek meegenomen dat ging over de Babsontask vraag. De “vraag” is of het mogelijk was een schaakprobleem te maken met een hele ingewikkelde opdracht. Er werd al jaren geprobeerd om dit voor elkaar te krijgen maar geen enkele componist (zo heet dat ook bij schaken) was erin geslaagd. Maar opeens was er een onbekende componist met een prachtige oplossing. Tim had daar een boekje over geschreven, en dat had ik in Friesland mee om ook te laten later signeren. Tim was blij verrast dat ik met dit boekje over de “Babsontask” kwam (de lezing ging niet over schaken maar over zijn boeken). Toen er direct achter mij nog iemand kwam met hetzelfde -weinig bekende- boekje- waren we alle drie heel blij met deze samenloop van omstandigheden en een mooi verhaal… Laat ik nu toevallig eenzelfde soort ervaring hebben:Ik schreef een verhaal, niet voor mijn blog en niet over dementie. Op een wat onverklaarbare manier (eigenlijk ook niet want ik heb al eens beweerd dat ik regelmatig verval in archaïsch taalgebruik) gebruikte ik opeens “Heilige Graal ”. Die hoor je niet vaak!


,s Avonds lees ik in bed een boekje over hardlopen (Alles wat je wilt weten over hardlopen) en ik lees over blessures en dat ze op zoek zijn naar de heilige graal om blessures te voorkomen.
De auteur, Mariska Van Sprundel schijft ook over haar eigen hardloop ervaring.In hoofdstuk 3 gaat het over lopen, klappen opvangen en blessures. Na een lange periode niet lopen kan ze eindelijk weer trainen. In een wedstrijd in Schoorl loopt ze voor het eerst in anderhalf jaar een 10 KM. Ze verwacht er niet veel van maar het gaat fantastisch, de kilometers vliegen voorbij en ze finisht in 48 minuten en 43 seconden. In het boek had ik gelezen dat je ook met je aantal passen per minuut kunt spelen. Ik heb 88 per minuut en dat is prima. Wat ook kan is je paslengte groter maken. Daar deed ik nog niks mee. Ik besloot daaraan te gaan werken, hoewel het natuurlijk wel meer energie vraagt.
Geloof het of niet, maar ik zette meteen een nieuw record op de 10 KM.  

Jammer dat ik net 7 seconden te snel was…

Betonpad 2

Vandaag prachtig weer. Mijn vrouw aan het werk en ik op stap met het hondje.

We lopen via ‘het beton pad’. Dit is in het Dwingelderveld aangelegd en is bedoeld als wandeling die ook voor invaliden te doen is.

Terwijl hond en ik daar lopen schiet het mij opeens weer te binnen. Ik weet het tweede leuke voorval ook weer. Niet te geloven! Logisch dat het me nu te binnen schoot want het ging over het betonpad.

Toen we met ons drietjes (man vrouw en hond) liepen vroegen wij (behalve de hond natuurlijk) ons af hoe lang dit betonpad nu eigenlijk is. We waren al een stukje onderweg maar ik zei ik ga wel tellen. Daar heb ik een aantal trucjes voor die ik graag wil delen. 1: tel van 1 tot 80. Dat is namelijk precies 60 meter. 2: gebruik je vingers om de 60 meters bij te houden. Bij iedere 80 stappen een vinger erbij. 3: Is je hand vol, ga dan door met je vingers om de groep van vijf te tellen.

Laatste tip, ben je te laat begonnen met tellen, tel dan het laatste stuk dat je gemist hebt dubbel. Dat laatste deed ik maar dit werd een beetje lastig. 2,4,6,8, is makkelijk maar ik moest ook nog met mijn vingers de score bijhouden en bij 48, 50 ging ik over op 70, 72 herstelde dit weer ging weer door, kortom erg lastig.

Hoeveel schat je in vroeg mijn vrouw?  Het laatste stuk moest ik nog even via mijn vingers berekenen met een kleine toeslag voor de paar mislukte. Het zijn precies 2500 meters antwoorde ik.

We liepen een paar meter verder waar we voor het eerste van ons leven een bordje zagen staan over het betonpad. Op het bordje stond simpelweg de afstand erbij. Inderdaad precies 2,5 kilometer.
Uitermate tevreden en licht balorig stapte ik weer in de auto op weg naar huis.

Een dag later koos ik, alleen op pad, weer dezelfde route. Het weer was top, zonnig ook!
Samen besloten hond en ik voor nog een lus, genieten. Ik had een klein beetje stress omdat ik niet zeker meer wist of ik de auto op slot had geknipt. Achteraf was dit natuurlijk wel zo. Ook had ik deze route zelden gelopen. Gelukkig kwam ik uit bij de camping waar ik al jaren niet meer was geweest maar nu wist ik de weg wel weer. Het laatste stuk deed ik niet helemaal goed waardoor ik toch nog een stukje over de weg moest lopen.
Het was niet druk. Ik kon de 312 meter over de verharde weg zonder autoverkeer afleggen!
Weer was ik blij met mijn wandeling.

Weer twee dagen later met mijn vrouw (en hond) op het beroemde pad. Er hing een soort “Indian Summer” in de lucht met prachtig herfsttinten.  Het was prachtig!

Toen we min of meer rond waren kwamen we bijna gelijk uit op de kruising met andere lopers. Mijn vrouw had deze twee mensen al gezien bij de start van het pad. Zelf zag ik nu pas dat er een wens werd uitgevoerd. Een jonge vrouw wilde nog één keer van de natuur genieten en haar vader -vermoede- ik, voerde dit uit zonder anderen i.v.m. Corona.  

We maakten oogcontact om elkaar te passeren. Ik heb als gebaar nog mijn hand opgeheven.
Totdat we thuis waren heb ik gevochten tegen mijn tranen. Ook nu ik het weer beschrijf.

Ik ben bevoorrecht  dat ik nog lang hier kan lopen.